Opmerking

Dit multimediaverhaal gebruikt video- en audioclips. Ga na of uw luidsprekers ingeschakeld zijn.

Gebruik het muiswiel of de pijltoetsen op uw toetsenbord om tussen pagina’s te navigeren.

Vegen om tussen pagina‘s te navigeren

Hier gaan we
TOPSTUK ZEMLINKSKY
Ontdek de geschiedenis en de geheimen van dit stopstuk

TOPSTUK ZEMLINKSKY

Logo https://concertgebouw-brugge.pageflow.io/topstuk-zemlinksky?fbclid=IwAR2xzz10vpApZTzejUhUDmMGcQF1Zk2qSFze2m4B2KVG-H8COcWq1XPp0No&page=351876

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Het leven is geen sprookje. Ook niet voor Alexander Zemlinsky (1871-1942). De Weense componist en dirigent wordt gewaardeerd, maar bereikt nooit de sterrenstatus van zijn leerling Arnold Schönberg. De vrouw waar hij voor valt, trouwt met Gustav Mahler. En met zijn joodse achtergrond is Europa in de jaren dertig niet veilig. Naar de nieuwe wereld dan maar, waar hij beroertes krijgt. Geen happy end.
Ook zo voor de zeemeermin in het verhaal Den lille Havfrue (De kleine zeemeermin) van Hans Christian Andersen. Ze wordt verliefd op een prins, geeft haar stem af om op mensenbenen te kunnen staan - maar de prins trouwt met een ander.
Zemlinsky herkent zich zo sterk in het verhaal van de zeemeermin dat hij er een symfonisch gedicht over schrijft: Die Seejungfrau. Wie, wat, hoe, waarom?
I agree with being shown YouTube videos. More information
Alexander Zemlinsky, Die Seejungfrau (1903). Concertgebouworkest, Vladimir Jurowski in Concertgebouw Amsterdam, 27 en 28 maart 2013.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Sluiten
Op 14 oktober 1871 wordt in Wenen bij de familie Zemlinsky een jongetje geboren. Alexander toont talent voor muziek. De tiener wordt naar het conservatorium gestuurd. Hij gaat een loopbaan tegemoet als componist, dirigent en leraar. Componist Zemlinsky schrijft kamermuziek, symfonisch werk en opera’s - meestal zeer emotioneel geladen muziek. Dirigent Zemlinsky werkt op grote podia in onder meer Wenen, Praag en Berlijn. Leraar Zemlinsky heeft beroemde leerlingen. Hij wordt verliefd op zijn knappe leerling Alma Schindler, maar ze wordt niet mevrouw Zemlinsky. Van Arnold Schönberg is hij de enige leraar. Toch blijft Zemlinsky wat in de schaduw. Na zijn dood in New York (1942) wordt hij bijna vergeten. Onterecht. Dat voel je meteen als je zijn symfonisch gedicht Die Seejungfrau beluistert.
I agree with being shown YouTube videos. More information
Biograaf Antony Beaumont geeft een uitstekende inleiding tot leven en werk van Alexander Zemlinsky.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Johannes Brahms, Capriccio in fis, opus 76 nr. 1 (1871). Arcadi Volodos, 2017.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Wenen is een aantrekkelijke stad. In 2022 (weer) verkozen tot meest leefbare stad ter wereld. Ook in de 19e eeuw is Wenen aantrekkelijk. Grote hoeveelheden immigranten bevolken de stad. Onder hen ook de familie Semlinski. (Dat is de oorspronkelijke schrijfwijze. Alexanders vader maakte er ‘von Zemlinsky’ van. Alexander liet later die ‘von’ vallen.) Grootvader Anton was uit het huidige Slovakije (toen Hongarije) naar Wenen gekomen, en trouwde er met een Oostenrijkse vrouw. Beiden waren volbloed katholieken. Hun zoon Adolf trouwde met de in Sarajevo geboren dochter van een Servische jood en een Bosnische moslima. De oudste zoon van dit koppel - onze Alexander Zemlinsky dus - wordt geboren als jood, en als jood opgevoed. Alexander groeit op in Leopoldstadt, het meest joodse district van Wenen.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Alexander Zemlinsky is een prille tiener als hij naar het Weense conservatorium gaat. Vooral de lessen harmonie en contrapunt boeien hem. Hij komt terecht in de compositieklas van Johann Nepomuk Fuchs (1842-1899). Deze Fuchs is een Schubert-specialist, en hij is goed bekend met Brahms. Fuchs weet de ‘methode Brahms’ op zijn leerling Zemlinsky over te brengen: ‘neem enkele noten en speel daarmee’. Hij zal het zijn leven lang blijven doen. Bijna alle muziek van Zemlinsky is op motieven van slechts enkele noten gebaseerd. Hij kan ze eindeloos combineren, uitbreiden, omkeren, tegenover elkaar zetten.
Brahms zag wel iets in Zemlinksy. Van het Trio uit 1896 was hij zo onder de indruk dat hij aan uitgever Fritz Simrock een aanbeveling tot publicatie schreef.
Brahms zag wel iets in Zemlinksy. 
I agree with being shown YouTube videos. More information
Alexander Zemlinsky, Trio opus 3, deel 1 (1896). Trio Arcadis, 2021.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Kleider machen Leute (1909/1922) opus 12, proloog: tussenspel. Gürzenich-Orchester Köln, James Conlon (2002).

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Eerst lijkt Zemlinsky op weg om vooral componist te worden. Om dat te laten lukken moet je een zekere financiële zelfstandigheid hebben. Als in 1900 Alexanders vader sterft, ziet hij zich gedwongen vast werk te zoeken. Dat gaat in twee richtingen.
Enerzijds gaat hij meer dirigeren. Hij wordt dirigent aan het Carltheater, daarna aan het Theater an der Wien. In beide gevallen gaat het om operettes. Als hij korte tijd later aan de Volksoper gaat dirigeren, komt er ook het meer ‘ernstige’ repertoire bij, zoals opera’s van Mozart en Wagner.
Anderzijds wordt hij leraar. Onder meer Schönberg, Berg, Webern en Korngold komen onder zijn hoede. Zijn grote specialiteit is orkestratie: op welke manier geef je je composities kleur, met welke (combinaties van) instrumenten kan je dat doen?

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar het Allegretto uit Alexander Zemlinsky, Derde strijkkwartet (1924). Kroft Quartet, 1985.

Beluister het volledige frament

0:00
/
0:00
Start audio now
Rond 1895 ontmoet Zemlinsky een bankbediende genaamd Arnold Schönberg. Zemlinsky is dirigent van het amateurorkest Polyhymnia, waarin Schönberg cello speelt. De bankbediende volgt lessen contrapunt bij Zemlinsky. Op dat moment is de leraar een snel rijzende ster aan het Weense muzikale firmament. (In 1900 zal Gustav Mahler de première dirigeren van Zemlinsky’s tweede opera, Es war einmal… Een groot succes.)
Schönberg en Zemlinsky worden vrienden. Enkele jaren later trouwt Arnold Schönberg met Alexanders zus, Mathilde. Uit liefde voor Mathilde Zemlinsky schrijft Schönberg het sextet Verklärte Nacht.
Zoals dat gaat met vriendschappen blijft niet alles koek en ei. Dat Schönberg later een grote vernieuwer wordt met zijn twaalftoonsmuziek veroorzaakt wrijving. Als Mathilde in 1923 sterft en Schönberg opvallend snel hertrouwt, is ook dat een bron van spanning.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
I agree with being shown YouTube videos. More information
Arnold Schönberg, Verklärte Nacht (1899), voorafgegaan door het gedicht van Richard Dehmel waarop Schönbergs sextet gebaseerd is. WDR Sinfonieorchester Chamber Players, 2019.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Tweede strijkkwartet (1913-1915), eerste deel. LaSalle Quartet, 1978.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Met het grote succes van de opera Es war einmal… achter de rug, lijkt Zemlinsky zijn Weens hoogtepunt te hebben gehad. De muzikaal sensitieve Weners voelen vernieuwers opkomen. Zemlinsky is geen vernieuwer. Hij neemt in 1911 het aanbod aan om in Praag muzikaal directeur te worden van het Neues Deutsches Theater (later Deutsches Landestheater). Zoveel tijd slorpt dit werk op, dat hij minder aan componeren toekomt. Toch schrijft hij op zestien jaar Praag een aantal van zijn beste en bekendste werken, zoals de Maeterlinck-liederen, het tweede strijkkwartet, de Lyrische Symphonie.
Als dirigent maakt hij furore, met bejubelde interpretaties van Mozart en Strauss, en met premières van werk van Mahler en Schönberg (Erwartung, 1924). Stravinsky getuigde later dat Zemlinsky’s Figaro de beste Mozart-uitvoering was die hij ooit had gehoord.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Der Kreidekreis (1932), Akte 1: Ich bitte untertanigst, mich vorstellen zu durfen. Rundfunk-Sinfonieorchester Berlin, 2010.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Maar Praag is Wenen niet. Zemlinsky wil terug naar Wenen, want daar is het muzikale leven interessanter. Praag voelt provinciaal aan. Met het toegenomen Tsjechische nationalisme staat bovendien de positie van Duitssprekenden en de beleving van hun cultuur onder druk.
Pogingen om opnieuw aan de bak te komen in Wenen mislukken. Zemlinsky kiest voor the next best thing: Berlijn. Hij aanvaardt de uitnodiging om assistent te worden van Otto Klemperer aan de Krolloper. Hij gaat doceren aan de Musikhochschule, terwijl ook zijn internationale loopbaan als dirigent goed loopt.
Dat alles is echter buiten de nationaalsocialisten gerekend, die in 1933 een Beschäftigungsverbot (‘arbeidsverbod’) uitvaardigen voor joden in staatsdienst. Zemlinsky is decennia eerder protestant geworden, en sowieso niet religieus, maar zijn joodse achtergrond is te sterk. Berlijn wordt te heet.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Omdat Berlijn voor Zemlinsky te gevaarlijk wordt, keert hij terug naar zijn eerste liefde: Wenen. Hij werkt er onder meer aan de opera Der König Kandaules. Begin maart 1938 annexeert Hitler Oostenrijk - voor alles en iedereen wat ook maar een beetje joods is een bedreiging. Zemlinsky ziet geen andere mogelijkheid dan het land te verlaten.
Het gezin reist naar New York. Daarmee gaat Zemlinsky veel van zijn collega’s achterna. Arnold Schönberg had al in 1933 de oversteek gemaakt. Schönberg woont in Los Angeles en heeft er veel compositieleerlingen, waaronder John Cage.
Maar Zemlinsky komt naar Amerika als een gebroken man. Zijn hoop op een Amerikaanse première van Der König Kandaules moet hij opbergen. Hij krijgt beroertes en stopt met componeren. Hij sterft op 15 maart 1942 aan een longontsteking.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Alexander Zemlinsky, Der König Kandaules (1938/1993). Salzburger Festspiele, 2002. De opera begint op minuut 14, na een inleiding over geschiedenis, productie en verhaal.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Kort voor zijn dood is Zemlinsky nog begonnen aan een nieuwe opera, Circe. Maar de omstandigheden in Amerika zijn niet goed. De gezondheid van de 67-jarige immigrant is niet al te best . Hij moet ook de zware teleurstelling verwerken dat zijn opera Der König Kandaules ondanks eerdere beloftes niet zal worden gespeeld in The Metropolitan Opera. Hij maakt de orkestratie van die opera niet af. Biograaf Antony Beaumont heeft het voor hem gedaan, ongeveer een halve eeuw later.
Der König Kandaules was Zemlinsky’s achtste opera. Van die acht zijn er twee gebaseerd op teksten van Oscar Wilde: Eine florentinische Tragödie en Der Zwerg. Over Der Zwerg zou je kunnen zeggen dat er autobiografische elementen in zitten. Zemlinsky was niet al te groot - zowel zijn gestalte als zijn algemeen voorkomen werden door Alma Schindler bespot.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Alexander Zemlinsky, Der Zwerg (1921). Trailer Nationale Opera (Nederland), 2021.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, opus 18, Lyrische Symphonie (1923), deel 1. Berliner Philharmoniker, Lorin Maazel, 1982.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Naast Die Seejungfrau is het bekendste en misschien meest uitgevoerde symfonische werk van Zemlinsky de Lyrische Symphonie uit 1923. Dit is zeer beladen muziek ‘kolkend’ is een goed woord. Er zijn zeven delen, het ene al heftiger dan het andere. Niet exclusief orkestraal, want er zijn solo’s voor sopraan en bariton. De teksten zijn van de Bengaalse dichter en Nobelprijswinnaar Rabindranath Tagore, een tijdgenoot van Zemlinsky. Veel Sehnsucht in deze gedichten - de specialiteit van Zemlinsky.
Zelf vergeleek Zemlinsky zijn Lyrische Symphonie met Mahlers Das Lied von der Erde (1909). Tegelijk beïnvloedde het werk Alban Berg, die zijn Lyrische Suite (een strijkkwartet uit 1926) aan zijn leraar opdroeg.
Behoefte aan wat lichter werk? Dan is de Sinfonietta (1934) een goede tip. Spectaculair, maar soms ook frivool en lieflijk.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, opus 13 nr. 1, Die drei Schwestern (Bewerking Reinbert de Leeuw, 2014). Het Collectief, Katrien Baerts, 2014.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Zemlinsky’s eerste kamermuziekwerken zitten naar vorm en inhoud nog dicht tegen Brahms aan. Dat heeft uiteraard met zijn leraar Fuchs te maken. Maar je kan niet zeggen dat hier een epigoon aan het werk is. Daarvoor is deze muziek te persoonlijk, te nerveus, te intens. Het is Zemlinsky’s opstap naar een laatromantische of postromantische stijl, met voortdurend wisselende kleuren en sferen. Zeker in de vier strijkkwartetten kun je Zemlinsky’s stijl-staalkaart bewonderen: van brahmsiaans over (zeer) laatromantisch naar pseudo-twaalftoons en ten slotte enigszins modernistisch.
Een bijzondere vermelding verdienen de liederen, zoals de Sechs Gesänge nach Texten von Maurice Maeterlinck uit 1913. Dat Zemlinsky tot aan het eind van zijn leven in zekere zin een 19e-eeuwer is gebleven, mag onder meer blijken uit het feit dat hij zelfs nog in de jaren dertig liederen maakte op teksten van Goethe.

Ga naar de eerste pagina

Zemlinsky in zijn tijd

Bij de geboorte van Zemlinsky in 1871 ligt Europa nog na te daveren van de Frans-Duitse oorlog. In de zeventig jaar daarna komen er nog grotere conflicten. Middenin alle tumult is er het relatief rustige maar snel groeiende Wenen. Vrij conservatief, maar toch de bakermat van nieuwe tendensen in de muziek. Die worden tot stand gebracht door onder meer Zemlinsky’s leerling Arnold Schönberg.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog kan Zemlinsky min of meer veilig doorwerken in Praag. De stad is provincialer dan Wenen, maar hij is er mee wegbereider van nieuwe muziek zoals van Darius Milhaud of Kurt Weill. Zijn passage langs Berlijn in de jaren twintig en de korte terugkeer naar Wenen in de jaren dertig worden getekend door de opkomst van het nationaalsocialisme. Er ontstaat een brain drain richting Verenigde Staten.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Fantasien über Gedichte von Richard Dehmel (1898), opus 9 nr. 3: Liebe. Gianluca Cascioli, piano, 2018.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Wenen is al eeuwenlang een wereldcentrum voor muziek. Dat Haydn en Beethoven er resideerden heeft daar aan de start van de 19e eeuw zeker toe bijgedragen. Het is rond die tijd dat de traditionele manier van financieren - met name ervoor zorgen dat je een rijke aristocraat kan laten betalen voor je muziek - stilaan verschuift richting burgerij. Mensen uit de stedelijke middenklasse verenigen zich, zoeken geld bijeen, bouwen eigen concertzalen.
De Gesellschaft der Musikfreunde, gesticht in 1814, financiert concertreeksen en richt in 1817 ook een conservatorium op. Een onderliggende gedachte hierbij is, dat de middenklasse en de arbeidersklasse zich via de ontwikkeling van het muziekleven een hogere sociale status kunnen aanmeten. Het zelf musiceren neemt een hoge vlucht: amateurorkesten en koorverenigingen zijn tegen het eind van de 19e eeuw bijna niet meer te tellen.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Liebe Schwalbe (1898). Hanna-Elisabeth Müller, 2020.

Bemuister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Als de dilettanten gaan musiceren, is niet iedereen in het publiek tevreden. De 19e eeuw is de eeuw van de virtuositeit, en daarvoor heb je professionele muzikanten nodig. Om het onderscheid tussen het een het ander te maken richt de Gesellschaft der Musikfreunde een vereniging voor de amateur op, het Orchesterverein. Het is veelzeggend dat de Hofoper pas in 1854 voor het eerst een professionele musicus aan het hoofd krijgt.
Het Weense publiek wordt intussen groter en veeleisender. De interesse in oudere muziek neemt snel toe. Er wordt bijvoorbeeld Bach en Händel gespeeld, ook Mozart en Beethoven. Tijdens de jeugd van Zemlinsky komt zeker een derde van de in Wenen gespeelde muziek uit deze categorie.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
In de eerste decennia van Alexander Zemlinsky’s leven bereikt de stad Wenen grote muzikale hoogten. Met de aanleg van de Ringstraße komt ruimte vrij om een nieuwe opera te bouwen. De Hofoper opent in 1869. Een jaar later is het Musikverein aan de beurt. De grootste zaal heeft 1600 zitplaatsen. Nog een paar jaar later bouwt de firma Bösendorfer een eigen kamermuziekzaal, met 500 plaatsen.
Zelfs de financiële crisis na de Wereldtentoonstelling van 1873 kan de honger van de Wener naar muziek niet stillen. Het muzikale leven neemt een hoge vlucht. Het conservatorium trekt talenten aan, zoals Gustav Mahler. Er zijn 700 studenten, waarvan de helft pianist wil worden. Een kwart van de studenten is jood.
Wenen is natuurlijk ook de stad van de operette, met figuren als Johan Strauss. In 1874 wordt de Komische Oper geopend, in 1898 een Stadttheater (later Volksoper).

I agree with being shown YouTube videos. More information
Alexander Zemlinsky, Maiblumen blühten überall (1903). WDR Sinfonieorchester Chamber Players & Hanna-Elisabeth Müller, 2020.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Eine Florentinische Tragödie (1916), Ouverture. Koninklijk Concertgebouworkest, Riccardo Chailly, 1997.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Zoals in Wenen bloeit in de loop van de 19e eeuw ook het Praagse muziekleven helemaal open. Als grote musici op tournee gaan, dan staat Praag altijd op hun lijstje. Dat was in 1818 al zo met Paganini, later met Chopin (1829), Wagner (1832), Berlioz (1846), Liszt (1848), Mahler (1885) …
Aan het eind van de 19e eeuw is Antonín Dvořák een van de grote gangmakers van het muzikale leven in de stad. Zijn aanstelling als leraar compositie aan het conservatorium in 1890 zal tot de vorming van een sterke generatie Tsjechische componisten leiden. In 1896 dirigeert hij het eerste concert van de Tsjechische Filharmonie. Het internationale succes van Dvořák is bovendien een stimulans voor de groeiende nationalistische gevoelens van de Tsjechen.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Harmonie des Abends (1916). Ruth Ziesak, 2021.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Wanneer Alexander Zemlinsky arriveert in Praag (1911), is Tsjechïe nog onderdeel van het grote Oostenrijks-Hongaarse Rijk. De Tsjechen voelen zich door de Duitse minderheid in hun stad genegeerd. Ze hebben enkele decennia voordien een Nationaal Theater opgericht, door de Duitsers een paar jaar later beantwoord met de bouw van het Neues Deutsches Theater. Grote conflicten zijn er niet, maar er sluimert wat. Voor de Tsjechen zal de Grote Oorlog een katalysator worden van een vernieuwd Tsjechisch nationalisme, dat aan het eind van de oorlog tot onafhankelijkheid zal leiden.
De sterke man in dat proces is Tomáš Masaryk (1850-1937), die ook de eerste president van de nieuwe staat wordt na het uiteenvallen van Oostenrijk-Hongarije in 1918. Masaryk is een geliefd en beminnelijk persoon en kan ervoor zorgen dat anti-Duitse gevoelens binnen de perken blijven.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Sinfonische Gesänge (1929) opus 20 nr. 1: Lied aus Dixieland. Koninklijk Concertgebouworkest, Riccardo Chailly, Sir Willard White, 1994.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Na zestien jaar Praag maakt Alexander Zemlinsky de overstap naar Berlijn. Tweede keuze, want zijn hart ligt in Wenen. Toch heeft Berlijn al decennialang een uitstekende reputatie in de muziekwereld. Het concertleven is er ongelofelijk rijk en divers. Er zijn tientallen orkesten, honderden kamermuziekgroepen en koren. Die kunnen terecht op tientallen plekken, waaronder zeker twintig concertzalen.
Maar dat bruisende cultuurleven komt in toenemende mate onder druk te staan. De nationaalsocialisten zijn aan een snelle opmars bezig, en iedereen die die opmars in de weg staat, wordt aan de kant geschoven. Ook voor Zemlinsky wordt het moeilijk werken. Het progressieve karakter van de Krolloper leidde aan het begin van de jaren dertig tot een sluiting - officieel vanwege besparingen. En het arbeidsverbod voor joden drijft Zemlinsky uiteindelijk toch weer naar Wenen.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Nadat de Berlijnse grond onder Zemlinsky’s voeten te warm was geworden, komt hij in 1933 eindelijk opnieuw in zijn geliefde Wenen terecht. Voor Zemlinsky, die zichzelf niet als jood beschouwt, lijkt Wenen een reddingsboot. Dat die lek is, zal gauw blijken.
De Weense culturele instellingen worden beetje bij beetje door de nationaalsocialisten overgenomen. De uitvoering van ‘moderne’ muziek wordt ontmoedigd. De propaganda doet haar werk. Als in 1935 het vioolconcerto van Alban Berg wordt uitgevoerd in Wenen, komt het orkest in opstand tegen solist Louis Krasner en dirigent Otto Klemperer. Ook Alban Berg zelf - nochtans geen jood - moet het ontgelden. Hij is nu eenmaal vertegenwoordiger van deze verwerpelijke nieuwlichterij.
Wanneer Hitler Oostenrijk inneemt, in de lente van 1938, wordt het ook Zemlinsky duidelijk: we moeten hier weg …

I agree with being shown YouTube videos. More information
Alexander Zemlinsky, Sinfonietta (1934). Frankfurt hr-Sinfonie-orchester, Andrés Orozco-Estrada, 2015.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Psalm xiii (1935). Gürzenich-Orchester Kölner Philharmoniker, James Conlon, 1998.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Arnold Schönberg was in 1933 al naar de Verenigde Staten getrokken. Zemlinsky blijft nog wat hangen. Eerst in Berlijn, dan in Wenen, maar de toestand is onhoudbaar. Via Praag en Rotterdam trekt hij naar New York.
De miljoenenstad lijkt cultureel op de grote Europese steden. Er zijn concertzalen, zangverenigingen, orkesten. Een van de paradepaardjes is Carnegie Hall, met bijna 3000 zitplaatsen. The Metropolitan Opera House heeft zich een mondiale reputatie opgebouwd.
Zemlinsky is naar New York gekomen met zijn opera Der König Kandaules onder de arm. Ongeveer een derde ervan is georkestreerd, de rest volgt wel als The Met het op de planken wil brengen. Maar vriend Arthur Bodanzky haalt hem uit zijn droom: de naaktscène in de tweede akte is niet geschikt voor een Amerikaans publiek. Der König Kandaules zal pas in 1996 (sic) voor het eerst uitgevoerd worden.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Vierde strijkkwartet (1936), deel 1. LaSalle Quartet, 1982.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Zemlinsky was met grote tegenzin naar New York gekomen. Toch wil hij een goede immigrant zijn: hij gaat Engelse les volgen. In 1938 staan we aan het begin van een enorme vluchtelingencrisis. Tussen maart 1938 (de Anschluss) en oktober 1941 (wanneer het aan joden verboden wordt het land te verlaten) meren 111.000 joden in New York aan.
De influx van vluchtelingen doet het anti-oorlogssentiment in de Verenigde Staten sterk toenemen. In september 1939 verzekert Roosevelt de bevolking: ‘This nation will remain a neutral nation’. Maar de angst neemt toe. Zelfs van sommige toegestroomde joden wordt gevreesd dat ze een ‘vijfde colonne’ zullen vormen: subversieve krachten die de komst van de nazi’s voorbereiden. Na de aanval op Pearl Harbor in december 1941 spreekt Roosevelt andere taal: ‘We are now in this war’. Een paar maanden later sterft Zemlinsky.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Humoreske (1939). Les Vents Français, 2014.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Het zou tot de late jaren zestig duren voor er opnieuw sprake is van enig enthousiasme voor Zemlinsky’s muziek. Dat ging min of meer gepaard met een hernieuwde interesse voor de muziek van Mahler. Sommige van Zemlinsky’s werken, zoals het vierde strijkkwartet en Psalm xiii werden na zijn dood tussen zijn papieren gevonden. Nooit uitgegeven tijdens zijn leven, nooit uitgevoerd.
Zemlinsky’s muzikale nalatenschap is een getuige van de ontwikkelingen in de muziek tussen 1890 en 1940. Een vernieuwer was hij niet. Toch is hij door zijn onderwijs en zijn dirigeren een van de stimulators van nieuwe muziek geweest. Dat hij vandaag de aandacht krijgt die hij verdient, is door zijn vriend Schönberg in 1949 voorspeld: ‘Ik heb altijd rotsvast geloofd dat hij een grote componist is, en ik geloof dat nog steeds. Zijn tijd komt misschien sneller dan men denkt.’

Ga naar de eerste pagina

Zemlinsky en Die Seejungfrau (1903)]

Sluiten
Het sprookje van Hans Christian Andersen over een kleine zeemeermin sprak tot de verbeelding van de 19e-eeuwer. Een mythisch-paradijselijke onderwereld, een middeleeuws aandoend aristocratisch milieu, de onsterfelijkheid van de ziel, de moralistische ondertoon: Andersen wist de geest van de tijd in zijn verhalen te leggen. Zemlinsky voelde dit alles goed aan, bovendien gesterkt door herkenning. Zoals de zeemeermin met droeve ogen moet aanzien hoe haar geliefde prins met een ander trouwt, zo was Zemlinsky ook op bijna hardhandige wijze opzij gezet in het voordeel van een ander. De zeemeermin had een gebrek: zij kon niet spreken. Zemlinsky had een gebrek: hij was klein, en volgens Alma Mahler ‘verschrikkelijk lelijk’.
Het antwoord van Zemlinsky? Een symfonisch gedicht, een fantasie in drie delen. Zinderend van emotie. Indringend, intens, virtuoos.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Alexander Zemlinsky, Die Seejungfrau (1903). Sinfónica de Galicia, Andrey Boreyko, 2018

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar ‘The Little Mermaid’ van Hans Christian Andersen (voorgelezen in het Engels). The Well Told Tale, 2021.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Er was eens een zeemeermin. Ze leefde in een paradijselijke wereld diep in de oceaan. Op een dag mag ze naar boven zwemmen en naar de mensenwereld kijken. Ze wordt stapelverliefd op een prins, die ze van de verdrinking redt. Ze wil mens worden, op eigen benen staan, een onsterfelijke ziel hebben. De zeeheks regelt het voor haar, in ruil voor haar mooie stem. Als ze de prins zo ver krijgt met haar te trouwen, zal ze mens kunnen blijven. Maar dat plan mislukt. De prins trouwt met een ander, die wel kan spreken en zingen. Wil ze terug naar haar familie, inclusief vissenstaart, dan moet ze de prins doden. Dat kan ze niet. Ze wordt ‘dochter van de lucht’. Als ze driehonderd jaar lang goede daden verricht, zal ze alsnog een onsterfelijke ziel worden.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alma Mahler, In meines Vaters Garten (1910), Angelika Kirschschlager, 1996.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Alexander Zemlinsky ontmoet in 1900 de ravissante Alma Schindler. De ambitieuze jonge vrouw volgt compositielessen bij hem, en tussen leerling en leraar ontstaat in 1901 een relatie die negen maanden duurt. Maar voor Alma geldt wellicht: meer en beter. Ze laat Alexander schieten, en trouwt niet veel later met Gustav Mahler.
(Zemlinsky trouwt zelf in 1907 - naar verluidt een ongelukkig huwelijk - en na de dood van zijn eerste vrouw huwt hij de 29 jaar jongere Louise Sachsel, ook een vroegere leerling van hem.)
Wat tussen hem en Alma Schindler gebeurt, maakt diepe indruk op de dertigjarige Zemlinsky. Zijn eerste muzikale antwoord op dit persoonlijke debacle volgt een jaar later, met een symfonisch gedicht in drie delen gebaseerd op het verhaal van de kleine zeemeermin.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
I agree with being shown YouTube videos. More information
Gesprek met Bee Wilson over Alma Mahler. London Review of Books, 2015.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Wenen, Musikverein, 25 januari 1905. Première van Die Seejungfrau van Alexander Zemlinsky. Nog een andere première op het programma: Pelleas und Melisande van Arnold Schönberg - gebaseerd op het toneelstuk van de Belgische schrijver Maurice Maeterlinck. Zemlinsky en Schönberg: leraar en leerling, vrienden, stilaan rivalen, samen op het podium. De componisten dirigeren elk hun eigen werk. Zemlinsky heeft als dirigent veel meer ervaring dan Schönberg. Die Seejungfrau wordt goed ontvangen, terwijl Pelleas und Melisande eerder lauwe reacties krijgt. Vooraf hebben de heren gediscussieerd over de mogelijkheid om in hun werk de esthetiek van de pure muziek (zoals van Brahms) te verenigen met de zogenaamde programmamuziek (waar een verhaal in zit, zoals bij Wagner). Zemlinsky beslist korte tijd later Die Seejungfrau terug te trekken. We weten niet waarom. Het wordt tijdens het leven van Zemlinsky niet meer uitgevoerd.
I agree with being shown YouTube videos. More information
Arnold Schönberg, Pelleas und Melisande (1903). Frankfurt hr-Sinfonie-orchester, David Afkham, 2019.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Zemlinsky had gepland om van Die Seejungfrau een eendelig symfonisch gedicht te maken. ‘Eendelig’ is onderdeel van de definitie van een ‘symfonisch gedicht’: een verhalend stuk muziek voor orkest in één deel. Maar gaandeweg worden het twee, later drie delen. Geen van de delen heeft programmatische titels, en we weten ook niet zeker wat er in de muziek precies beschreven wordt. Volgens biograaf Antony Beaumont ontmantelde Zemlinsky ‘beetje bij beetje’ de programmatische intentie, waarbij ‘de verhaallijn verzacht wordt tot een panorama van sferen en kleuren'. Als je het oorspronkelijke sprookje van Andersen leest, besef je waarom: hij vertelt enerzijds een verhaal, maar de beschrijving van sferen en kleuren lijkt net zo belangrijk.
Verschillende delen van de oorspronkelijke partituur raken pas in 1984 herenigd, waarna een nieuwe première volgt door de Österreichische Jugendphilharmonie onder leiding van Peter Gülke.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Voor wie tot het bot wil gaan: Zemlinsky’s Die Seejungfrau met de partituur. Rundfunk-Sinfonieorchester Berlin, Riccardo Chailly, 1987.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Die Seejungfrau (1903), deel 1. Royal Liverpool Philharmonic Orchestra, Vasily Petrenko, 2021.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Die Seejungfrau begint kalm (‘Sehr ruhig’). We zijn afgezakt naar de zeebodem. Nog wat donker daar, met alsmaar meer kleur (‘Etwas bewegter’). Dit is de onderwaterwereld van de Zeekoning en zijn zes dochters. Een vioolsolo introduceert de jongste prinses. Vandaag mag ze naar de oppervlakte zwemmen. Wat ze van de mensenwereld ziet, stelt haar niet teleur. Maar een storm breekt los (‘Von hier ab fortwährend steigern’). De prins op wie ze een oogje heeft, lijkt te verdrinken. De zeemeermin redt hem. Het eerste deel eindigt met klokgelui van het klooster aan het strand, waar ze de prins neergelegd heeft.
Het bovenstaande is speculatie. We weten niet wat Zemlinsky precies probeerde te verklanken. Je kan het verhaal lezen in ongeveer 40-45 minuten: even lang als Die Seejungfrau. Was dat wat Zemlinsky beoogde? Een soundtrack maken bij het lezen van Andersens verhaal?

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Die Seejungfrau (1903), deel 2. Royal Liverpool Philharmonic Orchestra, Vasily Petrenko, 2021.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
In het tweede deel van Die Seejungfrau wordt het al wat moeilijker om Zemlinsky’s muziek op concrete scènes uit het verhaal van Andersen te plakken. Is het spectaculaire begin (‘ Sehr bewegt, rauschend’) bedoeld om de heftigheid van de emoties weer te geven bij de verliefde zeemeermin? Plots barst een en ander opnieuw in alle heftigheid los: het bezoek aan de Zeeheks? Gaat de jonge zeemeermin de fatale stap zetten? Haar stem afgeven in ruil voor een stel mensenbenen?
De vele walsachtige passages (‘Ruhig wiegend wie im Reigen’) doen denken aan het koninklijke bal op het kasteel van de prins, inclusief de jubelstemming van de aanwezige gasten. Onze zeemeermin is gelukkig omdat ze zo dicht bij haar geliefde prins kan zijn. Hij lijkt haar eerder als een curiosum te zien. Zijn interesse ligt elders.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Die Seejungfrau (1903), deel 3. Royal Liverpool Philharmonic Orchestra, Vasily Petrenko, 2021.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Van bij het begin van het derde deel (‘Sehr gedehnt, mit schmerzvollen Ausdruck’) voorvoelen we een dramatische afloop van dit verhaal. Enerzijds is er dat bezoek aan de Zeeheks geweest, anderzijds staat nu vast dat de prins niet met de zeemeermin gaat trouwen. Opnieuw dansante bewegingen (‘Lebhaft’), waarin we het huwelijk van de prins kunnen zien. Voor de zeemeermin is er een ramp op komst (‘Etwas ruhig beginnen, dann heftig und leidenschaftlig steigern’). Dat de prins haar niet liefheeft zoals ze had gehoopt, leidt tot haar transformatie. Ze wordt een dochter van de lucht, voor driehonderd jaar in het zeeschuim gevangen. De belofte dat ze daarna over een onsterfelijke ziel zal beschikken, laat Zemlinsky ons horen in dat brede, pathetische, genereuze einde (‘Mit großer Wärme’ & ‘Sehr breit’), zo uit een oude Hollywood-film weggelopen.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Zemlinsky was een meester in het orkestreren. Daar stond hij om bekend. Hij wist heel precies wat hij met welke combinaties van instrumenten kon bereiken. Hij maakt daarvoor gebruik van het volle, laatromantische orkest: naast de grote groep strijkers veel aandacht voor blazers, met vier fluiten (die soms ook piccolo spelen), twee hobo’s, een althobo, twee klarinetten en een basklarinet, drie fagotten, zes hoorns, drie trompetten, vier trombones, een bastuba. Daarnaast nog pauken, een glockenspiel, buisklokken, een triangel, cymbalen en twee harpen.
Met deze erg brede bezetting weet hij toch steeds de grootste transparantie te behouden. Nooit verzandt deze muziek in een onontwarbaar kluwen of een donkere brij. Zelfs bij de grootste heftigheid blijft alles fris en helder. En dat niet in zwart-wit, maar in steeds verglijdende kleuren, met daarvan de blazers als gangmakers.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Alexander Zemlinsky, Die Seejungfrau (1903). The Orchestra Now, Leon Botstein, 2022.

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Alexander Zemlinsky, Tweede symfonie (1892-1893). Rundfunk-Sinfonieorchester Berlin, Riccardo Chailly, 1989.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Zemlinsky gebruikt in Die Seejungfrau een doorgedreven, laatromantische toonspraak. Kenmerken daarvan: nu eens heftige dan weer sierlijke melodieën, stemmingswisselingen en kleurverschuivingen. Toch blijft alles samenhangen, omdat Zemlinsky de Brahms-achtige techniek van ‘ontwikkelende variatie’ toepast. Korte motieven, vaak van drie of vijf noten, worden voortdurend uitgewerkt, omgebouwd, ingekort en uitgebreid.
Zemlinsky speelde graag met getallen. Dat had hij uit de joodse kabbala, waar cijfers en letters een belangrijke rol spelen in de zoektocht naar ‘het goddelijke getal’. Antony Beaumont toont aan dat Zemlinsky graag met het cijfer 5 speelde. Als je overigens van zijn geboortedatum (14/10/1871) alle cijfers optelt, dan krijg je 23. En 2 plus 3 is 5. Ook Schönberg was met zo’n dingen bezig - hij was bijvoorbeeld als de dood voor tellingen die het cijfer 13 zouden opleveren.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Antonin Dvořák, Rusalka (1901). London Philharmonic Orchestra & The Glyndebourne Chorus, Jiri Belohlavek, 2009.

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Laat het verhaal van het zeemeerminnetje je niet los? Dan kan je misschien Dvořáks versie eens proberen. Zijn opera Rusalka (première 1901 in Praag) is ook op het sprookje van Andersen gebaseerd. Het einde van het verhaal is hier wat shakespeariaanser: de prins blijft verlangen naar zijn geliefde, en daarom sterft hij liever. Zo kan hij rust vinden in de dood, wetende dat Rusalka hem echt heeft liefgehad.
Maar heb je het wat gehad met die 19e-eeuwse pathetiek? Dan is er nog altijd Disney. De meer gruwelijke en moralistische aspecten van Andersens verhaal zijn er zoals gebruikelijk netjes weggepolijst tot een happy end. Waarom ook niet. Er komt in 2023 overigens een nieuwe, live action versie van The Little Mermaid aan. Voor het eerst krijgen we een zwarte zeemeermin te zien …

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
I agree with being shown YouTube videos. More information
Primeur: een zwarte actrice in Disney’s nieuwste versie van The Little Mermaid (2023).

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Omlaag schuiven om verder te gaan Swipe to continue
Vegen om verder te gaan