Opmerking

Dit multimediaverhaal gebruikt video- en audioclips. Ga na of uw luidsprekers ingeschakeld zijn.

Gebruik het muiswiel of de pijltoetsen op uw toetsenbord om tussen pagina’s te navigeren.

Vegen om tussen pagina‘s te navigeren

Hier gaan we
Topstuk Purcell - Dido and Aeneas
Ontdek de geschiedenis en geheimen van dit topstuk

Purcell

Logo https://concertgebouw-brugge.pageflow.io/purcell-30112

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
I agree with being shown YouTube videos. More information
Volledige, enigszins ‘authentieke’ uitvoering van Purcells Dido en Aeneas, University of Oklahoma School of Music, 2007

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Purcell mens en componist

Je luister naar Henry Purcell, Dido and Aeneas, Overture, Le Concert d’Astrée, Emmanuelle Haïm, 2003

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Over de mens Henry Purcell weten we weinig. Wie was zijn familie, wat was zijn achtergrond, wie waren zijn vrienden? Er zijn bijna geen persoonlijke verhalen over hem bekend. Geen anekdotes, amper brieven. We moeten dus gissen en veronderstellen.

Over Henry Purcell als componist weten we misschien meer, tenminste als muziek ons iets kan zeggen over de maker ervan. Waarom schreef hij wat op welke teksten? Reflecteert de keuze voor soms erg donkere thema’s in zijn muziek een wat gloomy karakter? Ook dat weten we niet. Londenaars aan het eind van de 17e eeuw waren sowieso niet van het vrolijkste type, en met weemoed en melancholie werd gedweept. Dus blijft Henry Purcell een raadsel. Een puzzel, waarvan veel stukjes ontbreken. Leggen we wat we hebben eens op tafel?

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, A Prince of Glorious Race Descended, Raquel Andueza met L’Arpeggiata, arrangement van Christina Pluhar, 2014

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Mocht Henry Purcell één dag gewacht hebben met sterven, dan was hij op het feest van de Heilige Cecilia gestorven, de patroonheilige van de muzikanten. Tegenover de zekerheid van zijn sterfdatum (21 november 1695) staat de onzekerheid over waar en wanneer hij werd geboren. Vermoedelijk in Westminster, in 1659. Dat laatste weten we door terug te tellen vanuit wat op de herdenkingsplaat in Westminster Abbey staat: gestorven in zijn 37e levensjaar.

Verder vermoeden we dat hij op 10 september is geboren, maar daar zijn geen papieren bewijzen van. Daardoor weten we ook niet met zekerheid wie zijn ouders waren. Wellicht ging het om Henry en Elizabeth, hoewel er ook een Thomas Purcell is die later over ‘my sonne Henry’ schrijft. Nam Thomas Purcell de zorg voor kleine Henry op zich, nadat zijn broer (of neef?) Henry senior gestorven was?

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
De familie Purcell behoorde tot de Londense middenklasse. Een familie van timmerlui. Van in de 16e eeuw was het de Purcells toegestaan een heraldisch wapen te voeren. Daar staan varkens op. Waarom? Misschien Purc/Pork: ‘varken’? Dan is de ‘ell’ een verkleining van dat varken. De familie Varkentje dus – een verwijzing naar een verleden in de varkenshoederij?

De familiebanden zijn onduidelijk. Onze Henry Purcell was waarschijnlijk neef van Daniell Purcell, componist en organist. De vader van Henry, ook een Henry, was actief binnen de Chapel Royal, toen en nu nog steeds een centraal onderdeel van de spirituele ondersteuning van het Britse koningshuis. Het was dan ook logisch dat kleine Henry daar koorknaap werd.

Op 10 juni 1673 – hij is dan nog maar dertien – wordt hij er assistent van John Hingeston, zorgdrager voor de muziekinstrumenten van de koning.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, What Power Art Thou, Aksel Rykkvin, 2017

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, What Hope for Us Remains Now He Is Gone?, On the Death of Matthew Locke, Julie Hassler met La Rêveuse, Benjamin Perrot, 2017

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Aan de Chapel Royal leert de jonge Purcell niet alleen zingen. Hij onderhoudt instrumenten, leert ze stemmen en bespelen, kopieert muziek. Hij volgt les bij onder meer John Blow – belangrijk in ons verhaal over Dido and Aeneas – en Christopher Gibbons, de zoon van Orlando Gibbons. Contact met hofcomponist John Locke heeft hij ook. Purcell zou Locke later herdenken met What hope for us remains now he is gone?

Op 10 september 1677 – mogelijk zijn 18e verjaardag – komt er iets nieuws bij: hij wordt ‘composer for the violins’. En twee jaar later wordt Purcell organist aan Westminster Abbey. Hij zal dat blijven voor de rest van zijn leven. Het verhaal gaat dat de eerder genoemde John Blow, tot dan organist in Westminster, zijn positie uit bewondering aan zijn getalenteerde pupil overliet.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, Beati Omnes, The Sixteen, Harry Christophers, 2009

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
In 1680 trouwt Henry Purcell met Frances. (Nog één keer zeggen dat we van feiten uit Purcells leven meestal niet honderd procent zeker zijn, dat geldt ook voor wat in de vorige zin staat.) Frances is de dochter van John Baptist Peters, geboren Pieters. Een Vlaming, een Gentenaar, die in de tweede helft van de 17e eeuw naar Londen was gekomen. Hij was katholiek gedoopt, maar registreerde zich in 1663 bij de Church of England. Mogelijk schreef Henry voor zijn eigen huwelijk, en ter ere van zijn schoonvader, een anthem in het Latijn: Beati omnes. Daarin zit een referentie aan de vrouw als ‘vruchtbare wijnstok’.

Henry en Frances zullen zes kinderen krijgen, waarvan de eerste vier jong sterven. Twee anderen (Edward en Frances) overleven hun vader. Het gezin bleef altijd in Westminster wonen.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Henry Purcell was dertig jaar lang kerkmuzikant. Van koorknaap tot gevierd componist. De kerkmuziek die hij schreef is Anglicaans en liturgisch. Je hebt de services, zoals de ochtend- en avonddiensten, waarvoor allerlei muziek nodig is. Daarnaast anthems, van verschillend pluimage, bijna altijd op psalmteksten. De full anthem wordt vooral door een koor gezongen, terwijl in de verse anthem meer solistenwerk nodig is. Verder zien we symphony anthems, waarbij symphony verwijst naar instrumentale toevoegsels, altijd door strijkers. Dit laatste werd aangemoedigd door Charles II, die enige frivoliteit wel kon smaken.

In de bovenstaande categorieën laat Purcell zich van een grootse, expressieve, soms theatrale kant zien. Maar dat hoort bij het koninklijk hof. Voor de context van huiselijke devotie schreef hij ook heel eenvoudige zettingen van psalmen of religieuze gedichten.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, Anthems for the Chapel Royal, Les Arts Florissants, Paul Agnew, Productie ‘Angers pousse le son’, 2022

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Merkwaardig is het, dat van Henry Purcell bijna geen orgelmuziek bekend is. Daardoor kunnen we ons moeilijk een beeld vormen van Purcell als organist. Nochtans was hij in die hoedanigheid goed bekend. Toen in 1688 een controverse over het aankopen van een orgel tot een pijnlijk hoogtepunt kwam, werd Purcell erbij gehaald. Vijf jaar eerder al hadden de beheerders van de Temple Church in Londen twee orgelmakers tegen elkaar uitgespeeld. Beiden werden uitgenodigd hun orgels te komen opstellen, om te kunnen vergelijken. Natuurlijk ontstond er ruzie. Er moesten wachters bij de orgels gezet worden, want sabotage werd verwacht. De hele procedure leek op een wedstrijd, waarover een vriend van Purcell schreef dat ‘so much a mistake it is to force artists upon a competition, for all but one are sure to be malecontents’.
I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, Voluntary in d, Daniel Moult, 2019

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Tragedies en komedies werden gretig bezocht door het Londense theaterpubliek. Daar hoorde muziek bij, vaak liederen die de toestand van bepaalde personages konden onderstrepen: dronken, verliefd, blij, bedroefd. Voor een veertigtal producties was het Henry Purcell die muzikale bijdragen leverde. Gaan die bijdrages veel verder dan één of enkele liederen, dan slaat het zwaartepunt van de avond om van gesproken naar gezongen: we spreken dan van een semi-opera. Purcell heeft er verschillende gemaakt, zoals de grote hit The Fairy Queen.

Binnen het werk van Purcell is Dido and Aeneas een uitzondering: het is zijn enige werk voor theater dat volledig gezongen is. Het mag dus een opera genoemd worden, al zullen technici je graag zeggen dat het een masque is. Daar is wel iets voor te zeggen: kort, weinig personages, allegorisch, met muziek én dans, uitgevoerd door (dochters van) aristocraten …

I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, The Fairy Queen, Concentus Musicus Wien, Nikolaus Harnoncourt

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luister naar Henry Purcell, The Summer’s Absence Unconcerned We Bear, The Sixteen, Harry Christophers, 2021

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Een aparte categorie in het werk van Purcell: de odes. Omdat hij zo dicht bij het koningshuis stond, werd Purcell vaak gevraagd om bepaalde gebeurtenissen wat extra luister te geven. Komt de koning terug naar Londen vanuit zijn zomerverblijf? Dan hebben we een welcome song nodig – zoals The Summer’s Absence Unconcerned We Bear (voor Charles II, 1682). Vieren we de verjaardag van de koningin? Henry, schrijf jij een verjaardagsode? Now Does the Glorious Day Appear (voor Mary II, 1689). Zeven keer verzorgde Purcell zo’n verjaardagsgeschenk voor de koningin. Nooit maakte hij zich er makkelijk vanaf. Dit zijn (korte) oratoria: een brede bezetting met solisten, koor en vol orkest, en een gevarieerde opeenvolging van nummers, nu eens intiem dan weer magistraal groots.

Of komt het feest van de Heilige Cecilia er weer aan, de patroonheilige van de muzikanten? Hail, bright Cecilia (1692).

Ga naar de eerste pagina

Je luister naar Henry Purcell, Tell Me, Some Pitying Angel, Dorothee Mields, 2012

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Naast de muziek voor eredienst, hof en theater, waarvoor Purcell zo bewonderd wordt, zouden we bijna vergeten dat hij ook echt een liedcomponist was, die alle middelen wist in te zetten om tot dramatische expressie te komen. Dat vonden zijn tijdgenoten al. Zijn uitgever zegt in het voorwoord tot Orpheus Brittanicus dat Henry Purcell beschikte over ‘a peculiar Genius to express the energy of English Words, whereby he mov’d the Passions of all his Auditors’.

Een uitgever zal in een voorwoord uiteraard graag bewimpelen, maar we kunnen het ook zelf vaststellen. Er zijn vele tientallen voorbeelden, van het charmante, liefelijke If music be the food of love tot het tragische Tell me, some pitying angel – over een moeder bij haar dode kind, met de herhaalde uitroep ‘Gabriel!’ op wanhopig hoge noten.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Jeremiah Clarke, Mr. Purcell’s Farewell, Le Poème Harmonique, Vincent Dumestre, 2017

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Enkele maanden na zijn 36e verjaardag wordt Henry Purcell ziek. Had hij een griep opgelopen, of was het tuberculose? We weten het niet. Het is november 1695, en volgens de posthuum uitgegeven liedbundel Orpheus Britannicus was From rosy bow’rs het laatste lied dat hij maakte (‘The last song the Author Sett, it being in his Sickness’). Op 21 november maakt hij zijn testament, en diezelfde avond nog sterft hij.

Eerder dat jaar had Purcell de Funeral Music for Queen Mary geschreven, onder meer op de tekst ‘Midden in het leven staan we in de dood’. Hij wordt begraven in Westminster Abbey, en tijdgenoten vallen over elkaar in hun eerbetoon aan de meester. Jeremiah Clarke bedenkt zijn collega met Come, Come Along for A Dance and a Song – ondanks de titel wel degelijk een in memoriam voor Purcell.

Ga naar de eerste pagina

Purcell in zijn tijd

Sluiten
Uitdaging: zoek een componist die gestorven is op de plek waar hij geboren is, en die ook nooit heeft gereisd. Dat wordt moeilijk. Henry Purcell is er echter zo een. In Westminster geboren, in Westminster gestorven, zijn hele leven in Westminster gewoond, nooit op reis geweest. Dat betekent wel wat, als we een beeld willen krijgen van de context waarbinnen Purcell functioneerde. Hij stond zijn korte leven lang zo dicht bij het koninklijk hof, bij de Chapel Royal, bij Westminster Abbey, en bij de Londense theaterwereld, dat al deze elementen de grootste uitvloed op zijn muziek uitoefenden.
I agree with being shown YouTube videos. More information
BBC – The Birth of British Music: Purcell the Londoner, 2015

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Engeland in de 17e eeuw? Erg turbulent. Met het sterven van de kinderloze Elizabeth I was een einde gekomen aan het Huis Tudor, waarna het voor zo’n honderd jaar de beurt was aan de Stuarts. Eén belangrijke, bloederige kink in de Stuart-kabel echter: de afzetting en onthoofding van Charles I in 1649. Tot 1660 was Engeland even geen koninkrijk meer, tot een nieuwe Charles, toepasselijk Charles II genoemd – zoon van de eerste en dus opnieuw een Stuart – de troon besteeg. Na een donkere tijd van repressie door het regime van Oliver Cromwell, voelde 1660 aan als het begin van een nieuw tijdperk. Die periode van verademing kennen we als de Engelse ‘Restauratie’. Het was het perfecte moment voor Henry Purcell om geboren te worden. Theaters konden weer functioneren, kerkelijke diensten mochten opnieuw luisterrijk zijn, er mocht weer gezongen en gedanst worden.
I agree with being shown YouTube videos. More information
The Execution of Charles I: Killing a King, Historic Royal Palaces, Storyteller Toby Lord, 2020

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Hoe erg was de tijd van Cromwell voor de kunsten? Vreselijk – en niet alleen voor de kunsten. Zo erg hebben Oliver Cromwell en de zijnen zich misdragen, dat zijn lijk tijdens de Restauratie (vanaf 1660) werd opgegraven, om hem alsnog te kunnen executeren. Posthuum geëxecuteerd worden: het is maar weinigen gegeven. Nog jarenlang kon je op het dak van Westminster Hall het gespietste hoofd van Cromwell zien.

Zoals dat gaat met dictators, was Cromwell ook een hypocriet. Zo goed als alle wereldlijk vertier had hij verboden, maar voor het huwelijk van zijn dochter Frances mochten ‘48 violins’ en ‘50 trumpets’ aantreden, en werd er ‘till 5 of the clock’ in de ochtend gezongen en gedanst. Die dubbele standaard was overigens voor veel componisten een redding, want in de aristocratische huizen werd onverminderd muziek gemaakt. Als niemand het ziet, is het in orde.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Pelham Humfrey, The King Shall Rejoice, Psallentes en Oltremontano, 2015

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Toen Oliver Cromwell stierf, in 1658, stierf de republiek en de repressie met hem. Nog even kwam zijn zoon aan het roer, maar dat werd een zwanenzang. Er zou opnieuw een koning komen. Charles II was eerder al even koning geweest, na de executie van zijn vader, maar nadat Cromwell hem in 1651 bij Worcester verslagen had, was hij naar het vasteland gevlucht.

Op 26 mei 1660 zette hij dan voet aan de grond in Dover. Een periode van herstel kon aanbreken. Charles’ regering zal een kwarteeuw duren.

Voor muzikanten brak de zon door. De koning kwam terug naar Whitehall, met alle luister eigen aan de hofhouding. De Chapel Royal kon weer functioneren, ook al hadden de puriteinen van Cromwell het orgel onbruikbaar gemaakt. De Church of England herleefde, het gebedenboek werd gemoderniseerd (1662). De Anglicaanse liturgie was in full swing.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
De ballingschap van Charles II drukt bij zijn terugkeer naar Londen een stempel op de muziekbeleving aan het hof. Charles had bij Louis XIV namelijk Les Vingt-quatre Violons du Roi meegemaakt, een groots strijkorkest. Ten tijde van vader Charles I was er ook aan het Engelse hof een strijkorkest geweest, maar dat van Charles II zou voor de Franse versie niet onderdoen. Niet alleen werd de Franse bezetting gekopieerd, Charles bracht ook zijn rijke, enigszins verfranste smaak mee. Hij doet die smaak ook in de kerkmuziek gelden, waar het zingen van anthems nu niet alleen door het orgel, maar ook door strijkers ondersteund wordt. Een tijdgenoot, John Evelyn, was er niet zo enthousiast over. Hij klaagt erover dat te pas en te onpas ‘a Consort of 24 Violins’ opduikt, ‘after the French fantastical light way, better suiting a Tavern of a Playhouse than a Church’.
I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, Rondeau uit Abdelazer, Voices of Music, 2013

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell (Benjamin Britten), O Let Me Weep, Jennifer Vyvyan, English Chamber Orchestra, Benjamin Britten, 1971

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Hadden de Britten na Cromwell dan al nieuwe hoop gekregen op een mooiere toekomst, een kleine bacterie dacht daar anders over. In 1665 breekt in Londen een pestepidemie uit. De grootste in de geschiedenis van de stad: honderdduizend doden. Alleen al in de parochie waar de Purcells woonden bezweken drieduizend mensen. Sterk dan, dat alle zes de kinderen van Henry senior deze pest overleefden.

Overigens had je niet eens een pestbacil nodig om sterfte te veroorzaken. Londen stond erom bekend niet de meest hygiënische samenleving te zijn. Misschien was dat een van de redenen voor de hoge kindersterfte in het 17e-eeuwse Londen. Ook de koninginnen van die tijd (Catherine, Mary, Anne) werden met miskramen, doodgeboortes en wiegendood geconfronteerd.

Een jaar na de pest breekt brand uit in een bakkerij in Pudding Lane. Londen zal vier dagen branden, 13.000 gebouwen gaan in vlammen op.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar een BBC Radio 4 podcast over ‘Her Majesty’s Chapels Royal’, met koormeester Andrew Gant, 2002

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Charles II had de Chapel Royal in ere hersteld. Enkele van de grootste namen van de Engelse muziekgeschiedenis waren er sinds de 16e eeuw actief geweest: Tallis, Byrd, Bull, Gibbons. En dan kwam er dus kleine Henry, vanaf de leeftijd van zeven of acht jaar. Hij kreeg les van Henry Cooke, bijgenaamd Captain Cooke. Die moedigde de kinderen aan om ook zelf te componeren, hetgeen verklaart waarom Henry op zijn 18e een job als ‘composer for the violins’ te pakken heeft. Op dat moment zingt hij niet meer bij de Chapel Royal. De bezetting was twaalf koorknapen, en wie de baard in de keel kreeg werd bedankt voor zijn diensten, of kreeg een andere functie. In de archieven van de Chapel Royal van 1673 staat Henry’s afzwaaien netjes genoteerd: ‘Henry Purcell, late child of His Majesty’s Chapel Royal, whose voice is changed and gone from the Chapel’.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Christopher Gibbons & Matthew Locke, Cupid and Death, Curtain Music, The Consort of Musicke, 1988

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Toen Henry Purcell geboren werd, was de harde tijd van Cromwell nog maar pas achter de rug. De strikte religieuze observantie, met devotie als hoogste goed, had alle frivoliteit afgezworen, althans aan de oppervlakte. Want zelfs Cromwell had geen kans onbenut gelaten om zijn buitenlandse gasten met een masque te imponeren. Dat gebeurde bijvoorbeeld met Cupid and Death, iets wat aardig dicht in de buurt kwam van wat in Italië furore aan het maken was: de opera.

Tijdens Purcells leven, met name vanaf de jaren zeventig, waren er in Londen enkele belangrijke openbare theaters. We hebben het over toneelhuizen als Drury Lane (‘Theatre Royal’) en Dorset Garden (in 1685 ‘Queen’s Theatre’). Mogelijk om financiële redenen zouden de gezelschappen tot de United Company fusioneren. Het is vooral in Dorset Garden Theatre dat opera (en meer in het algemeen ‘toneel met muziek’) een kans kreeg.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Lees je over de late 17e eeuw in Engeland, dan kom je hoopvolle termen tegen als ‘Restoration’ en ‘Glorious revolution’. Die doen vermoeden dat men een nieuwe samenleving mogelijk achtte na de verschrikkingen van de republikeinse tijd. Maar de spanningen rond godsdienst bleven onverminderd doorgaan. Een van de tekenen daarvan was de bizarre Popish Plot, een regelrechte hysterie tegenover katholieken. Een anti-protestantse samenzwering leek aan de gang, Charles II geloofde erin, liet enkele tientallen (onschuldige) katholieken berechten en executeren. Voor componisten sterk verbonden aan het hof, zoals Purcell, waren die spanningen best lastig. In 1683 had hij in het bijzijn van getuigen de Holy communion tot zich genomen en zich daarmee heel uitdrukkelijk als lid van de Church of England bevestigd. Wat zal dat geven als straks de katholiek James II aan de macht komt?
I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, Crown the altar, Emma Kirkby en Anthony Rooley, 1982

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Bloemenvrouwen, koninklijke muzikanten, vier trommelaars, zestien trompetters, de koren van Westminster Abbey en van Chapel Royal, een paar schuiftrompetters en een cornetspeler, én daartussen ook de organist van Westminster Abbey: Henry Purcell. Bij de kroning van James II op 23 april 1685 was de stoet musici bepaald indrukwekkend. In een geest van persoonlijke tolerantie was het mogelijk dat de katholieke James de troon besteeg, zelfs in een context van bloederige intolerantie tussen protestanten en katholieken. Speciaal voor het gedeelte van de plechtigheid dat op koningin Mary Beatrice betrekking had schreef Purcell My heart is inditing a good matter (psalm 45), met daarin de geschikte zin ‘aan zijn rechterhand zal de koningin staan’. Helaas verliep de regering van James II eerder rampzalig. Drie jaar later werd hij afgezet. Daarmee was James II de laatste katholieke koning van Engeland.
I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, My Heart is Inditing, Collegium Vocale Gent, Capriccio Stravagante, Skip Sempé, 2016

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, Praise the Lord, O Jerusalem, VOCES8, Les Inventions, 2014

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Al tijdens de regering van James II was het voor een Anglicaanse componist als Henry Purcell moeilijker geworden om in een koninklijke context te functioneren. Dat zou nog erger worden, wanneer William en Mary worden gekroond. Samen ja, als ‘William and Mary’. William was zo vaak op oorlogspad dat Mary de facto de enige echte heerser leek. Dat was nog niet zo slecht, want alhoewel het parlement het koppel een ‘joint offer of sovereignty’ had gedaan, kon Mary als dochter van James II meer aanspraak maken op de troon dan haar man William.

Om verschillende redenen – waaronder het feit dat William niets om muziek gaf, geen kunstzinnigheid had – was het hof als belangrijk muzikaal centrum min of meer uitgespeeld. Voor Henry Purcell was er niet zo veel werk meer te vinden, zodat hij meer en meer naar muziek voor het theater ging uitkijken.

Ga naar de eerste pagina

Purcell en Dido and Aeneas (1689)

Sluiten
Opera is geboren in de 17e eeuw. Met de vorige zin zijn een paar problemen, maar fundamenteel is het waar. In den beginne lijkt het nog een Italiaans verhaal te worden, maar in de tweede helft van de eeuw steken we de Alpen over. En ook het Kanaal. Daar in Engeland wordt, onder meer met Purcells Dido and Aeneas, het publiek opgewarmd voor wat in de 18e en 19e eeuw een ware triomftocht wordt.

Dido begon bescheiden als een schoolvoorstelling en was wat vorm en karakter betreft schatplichtig aan John Blows Venus and Adonis uit 1682. Dido is nu zowat de beroemdste Engelse opera, en Purcells bekendste werk. Hoe kwam Dido tot stand, met en door wie werd de opera gemaakt en uitgevoerd, hoe gaat het verhaal nu weer, en wat is dat toch met dat ‘Remember me’?

I agree with being shown YouTube videos. More information
Mark Morris Dance Group, Dido and Aeneas, 1989/2015, fragment

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, I lov’d fair Celia, Paul Agnew, 2009

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Het is van alle tijden. Mensen willen hun kinderen naar ‘topscholen’ sturen. Dat was niet anders in het laat-17e-eeuwse Londen. Er waren klachten over ‘goedkope scholen’, waar het onderwijs al even slecht was als de hygiëne. Nee, dat moest beter, en dus verrezen nieuwe scholen, gericht op kinderen uit het aristocratische milieu. Die scholen lagen op redelijke afstand van het centrum: niet té ver, maar toch ver genoeg van de ziektes en slechte hygiëne van de stad.

Tom D’Urfey – op wiens teksten Purcell flink wat muziek heeft gemaakt – schreef er in 1691 een toneelstuk over: Love for Money or The Boarding School. Een satirisch stuk over ongedisciplineerde meisjes op internaat, en hun al te ambitieuze ouders. Opvallend is, dat die school zich bevindt in ‘Chelsey, By the River’. Laat nu net daar de school staan waar Dido and Aeneas in première ging …

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, Dance of The Fairies, Jordi Savall, 1996

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Het was de bekendste meisjesschool van Londen, daar in een huis aan de oevers van de Thames, in ‘Chelsey’. Een violist van het koninklijk hof en een gentleman uit de Chapel Royal hadden de school nog voor de burgeroorlog, dus voor 1642, samen gesticht. In 1680 verschijnt een danser, een choreograaf ten tonele: Josias Priest. Hij en zijn vrouw nemen de school over. Vooral mevrouw Priest is erg in de weer met het project, ze weet er nog wat meer klasse in te brengen – de meisjes kunnen bijvoorbeeld inschrijven voor sessies japanning: het lakken van houten doosjes en meubels. Onderdeel van die opwaardering is ook het opvoeren van toneel-met-muziek. Dat doen ze onder meer in 1684 met Blows Venus and Adonis en in 1689 met Purcells Dido and Aneas. De school, ook bekend als ‘Mrs Priest’s School at Great Chelsey’, krijgt een uitstekende reputatie.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Louis Grabu, O Jealousy! uit Albion and Albanius, Rachel Redmond, Le Caravansérail, 2017

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Dat de school van mevrouw Priest zich voor de uitvoering van een opera in 1684 tot John Blow wendde, is niet verbazend. Blow had met enkele anderen aan de koning gevraagd een operagezelschap te mogen oprichten. De stichters beoogden ‘an Academy or Opera of musick for performing or causing to be performed therein their musicall compositions’. Charles II vond het een uitstekend idee en hielp het project vooruit door Louis Grabu naar voor te schuiven, een Spaans-Franse componist die nog met Lully had gewerkt. Grabu schreef met librettist John Dryden Albion and Albanius. Het verhaal over twee broers is een vrij expliciete allegorie op de ballingschap van Charles II tijdens de Cromwell-tijd. Volgens sommigen is het werk ‘a monument of stupidity’, maar vast staat dat nu ook in Londen de opera als genre aan een opmars begint. En Purcell vond inspiratie in Grabu’s werk.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
De ambities van meneer en mevrouw Priest waren groot. Hun school moest en zou het beste van het beste binnenhalen, en dat dachten ze in 1684 te doen met Venus and Adonis van John Blow. Op 17 april van dat jaar was het zover. In het later uitgegeven libretto wordt aangegeven dat de opera eerst voor de koning werd uitgevoerd, en ‘afterwards at Mr Josias Priest’s Boarding School at Chelsey. By Young Gentlewomen’.

Aan het hof had een bastaarddochter van Charles de rol van Cupid gezongen, en haar moeder, de actrice en danseres Mary ‘Moll’ Davis, was Venus. Ook bij de Priests werden alle rollen door vrouwen gezongen: dochter Priest was Adonis, en een zekere ‘Miss Baker a Dutch young Gentlewoman’ was Venus. De opera was telkens een groot succes, ongetwijfeld ook omdat er zorgvuldige danspasjes aan te pas kwamen, in een choreografie van Josias Priest zelf.

I agree with being shown YouTube videos. More information
John Blow, Venus and Adonis, Dunedin Consort, John Butt, 2015

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Met enkele voorbeelden (van Grabu en van Blow) in het achterhoofd, kan Purcell nu aan de slag met een tekst van Nahum Tate. Het is niet de eerste keer dat Tate en Purcell samenwerken. Deze keer condenseert Tate het best bekende fragment uit de Aeneis van Vergilius tot een korte opera. Net zoals bij Venus and Adonis zal het een masque-achtig evenement worden, met slechts enkele personages.

Waar bij Vergilius het bovennatuurlijke tintje vooral door onsterfelijke goden wordt verzorgd, zijn het in Dido een tovenares en enkele heksen die die rol vervullen. Heksen in de 17e eeuw: een geliefkoosd thema. Of de première van Dido and Aeneas echt bij de Priests plaatsvond is niet helemaal zeker. Mogelijk was er, zoals bij Venus and Adonis, al een vertoning aan het hof geweest.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, Dido and Aeneas, Royal Academy Opera, 2021

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
Purcells Dido and Aeneas is schatplichtig aan Blows Venus and Adonis. Dat is in het thema al zo, met de tragiek, met een heldin die haar geliefde ziet verdwijnen, met een afwisseling tussen het zware gemoed en de lichtere accenten. Librettist Tate heeft er geen ‘antieke’ versie van gemaakt. Het is echt een 17e-eeuws verhaal geworden, met hier en daar ook verwijzingen naar de actualiteit, zoals naar de recente kroning van William and Mary: ‘When monarchs unite, how happy their state’. Voorts zit de dramaturgie goed, zijn de personages helder, en is de poëzie (misschien niet overal even) knap geconstrueerd.

En wat doet Purcell? Hij zet een zorgvuldig muzikaal plan uit, met centraal daarin de dualiteit mineur-majeur. In de openingsakte zit Dido bijvoorbeeld eerst nog wat gevangen in mineur (ze is droevig), maar dan kantelt het naar majeur (ze krijgt hoop).

I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, Overture to Dido and Aeneas, Academy of Ancient Music, Steven Devine, 2018

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, Dido and Aeneas, Shake the cloud off your brow, William Christie, 1995

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Akte 1. (Er is ook een proloog, die is alleen in libretto overgeleverd, de muziek is wellicht verloren gegaan.) Het verhaal van Dido and Aeneas begint zoals het zal eindigen: in droefenis. Onmiddellijk krijgen we Dido te zien. Zij is somber gestemd, want alhoewel ze verliefd is op Aeneas vreest ze dat hij niet hetzelfde voelt voor haar. Zus Belinda spreekt haar moed in (‘Shake the cloud from off your brow’).

Een huwelijk tussen Dido en Aeneas zou geweldig zijn (‘When monarchs unite’), zowel voor Carthago als voor Troje. Ook Belinda is daarvan overtuigd, zoals ze ervan overtuigd is dat Cupido de tortelduifjes zal samenbrengen.

Dido twijfelt (‘Fate forbids what you pursue’) maar Aeneas dringt aan (‘Aeneas has no fate but you!’). Belinda ziet dat het goed is: ze meent dat de ogen van Dido bevestigen wat haar tong nog ontkent. Dat vraagt om een triomfantelijk dansje!

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, Dido and Aeneas, Wayward Sisters…, Le Concert d’Astrée, Emmanuelle Haïm, 2003

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Akte 2. Het wordt geen happy end, dat is meteen duidelijk. Een tovenares en twee heksen (‘Wayward sisters’) beramen een plan om Dido en Aeneas uit elkaar te drijven. Niet moeilijk, eigenlijk, je moet gewoon beroep doen op de gehoorzaamheid van Aeneas. We zenden hem een elf, vermomd als Mercurius, boodschapper van Jove (Jupiter). En we dragen hem op onmiddellijk te vertrekken, weg van zijn geliefde (‘Tonight you must forsake this land’). Om dit plan te doen lukken, zullen we ook nog een storm veroorzaken.

Het verliefd koppeltje is intussen (letterlijk) op jacht. Aeneas weet wel raad met zoiets (‘upon my bending spear a monster’s head stands bleeding’). Wanneer dan Dido en Belinda voor de opgekomen storm wegvluchten, wordt Aeneas staande gehouden door de elf. Zoals voorspeld gehoorzaamt Aeneas onmiddellijk (‘Jove’s commands shall be obey’d’). De heksen zijn in hun nopjes. Ook dát vraagt om een dansje …

Ga naar de eerste pagina

Je luistert naar Henry Purcell, Dido and Aeneas, With Drooping Wings, Musica Aeterna, New Siberian Singers, Teodor Currentzis, 2008

Beluister het volledige fragment

0:00
/
0:00
Start audio now
Akte 3. De matrozen van Aeneas zijn vertrekkensklaar (‘Come away, fellow sailors’). De tovenares en de heksen staan van het tafereel te genieten (‘Our plot has took’). Maar ze willen meer (‘Our next Motion’). Ze willen Dido dood (‘Destruction’s our delight.’).

Dido en Aeneas staan tegenover elkaar. Ze zijn wanhopig, weten met hun gevoelens geen weg (‘What shall lost Aeneas do?’). Aeneas ziet geen andere weg dan de goden gehoorzamen, maar wil toch echt wel blijven. Even nog dringt hij aan voor het ene (‘I’ll stay’) en Dido voor het andere (‘Away, away’), en dat was dat: Aeneas kan niet anders dan vertrekken. Dido is ontroostbaar en ziet maar één uitkomst. (‘Death is now a welcome guest.’)

Het koor zingt:
‘With drooping wings you Cupids come,
To scatter roses on her tomb.
Soft and Gentle as her Heart
Keep here your watch and never part.’

Ga naar de eerste pagina
Sluiten
‘Remember me’. Die twee woorden, vier lettergrepen, door Purcell op vier noten gezet, gaan door merg en been. Ze vormen de emotionele kern van wat ongetwijfeld Purcells beroemdste stuk is: ‘When I am laid’ – ook bekend als ‘Dido’s Lament’. Dido gaat een eind maken aan haar leven, want zonder haar Aeneas kan ze niet verder. Ontstellend, dat liefdesverdriet je tot zoiets kan brengen.

Purcell weet wel hoe hij met deze dramatiek, met deze pathetiek, moet omgaan. Hij bouwt van onderen uit, met een zogenaamde ground bass: een baslijn die voortdurend herhaald wordt. Die baslijn daalt in een treurige, chromatische beweging om dan heel even weer op te veren naar de uitgangspositie. Zes maten lang, en dan opnieuw, en opnieuw. Daarbovenop zingt Dido haar onsterfelijke (!) melodie. Langgerekt, intens, verlangend naar de dood. Gedenk mij, maar vergeet mijn lot.

I agree with being shown YouTube videos. More information
Henry Purcell, Dido’s Lament, Anna Dennis, 2015

To opt out of displaying external embeds, manage settings here.

Ga naar de eerste pagina
Ga naar de eerste pagina
Ga naar de eerste pagina
Omlaag schuiven om verder te gaan Swipe to continue
Vegen om verder te gaan